INTERVIEW
Ooit liep ik stage bij Clingendael vanuit een sterk verlangen om de complexe wereld waarin we leven beter te begrijpen. Instituut Clingendael adviseert de overheid over belangrijke mondiale ontwikkelingen, die juist in deze tijd razendsnel gaan. Ik keerde terug naar Clingendael om in gesprek te gaan met Ko Colijn.
Is er een ontwikkeling in de internationale politiek waar uw hart harder van gaat kloppen?
In Internationale Betrekkingen loert voortdurend het gevaar van chaos, oorlog en anarchie. Er zijn immers geen hiërarchische verhoudingen, er is geen hogere macht die kan zeggen: stop met oorlog voeren. De wetten van de jungle heersen. Juist door de vele conflicten die er nu zijn, ontstaat steeds meer het besef dat we als mens onze problemen zelf moeten oplossen, dat vind ik een mooie ontwikkeling. Dat gaat soms met twee stappen vooruit, een stap terug. Met alle aanslagen die nu plaatsvinden doen we een stap terug. Er heerst een soort pessimisme; we redden het niet, we vechten elkaar de tent uit. Het vechtende paradigma heeft nu de overhand, maar op lange termijn geloof ik daar niet in. Misschien ben ik wel heel naïef, maar ik ben ervan overtuigd dat we erin slagen om zonder agressie met elkaar te kunnen samenleven. Maar wellicht hebben we er nog wel twee Wereldoorlogen voor nodig.
Als we met elkaar willen samenleven zonder angst en geweld, welke waarden gaan dan veranderen?
Honderd jaar geleden ging het alleen maar over macht, landjepik en olie. Nu gaat het daar nog steeds over. Er is een groep mensen en organisaties die baat heeft bij chaos, omdat ze met angst en onzekerheid macht creëren en daar beter van worden. Maar er is ook iets anders gaande. Een beweging van mensen die beseft dat mondiale problemen alleen opgelost kunnen worden als iedereen samenwerkt. Omdat nu eenmaal alles met elkaar samenhangt. Dat besef wordt versneld door de heersende angst: we moeten wel. Als we er ergens anders een potje van maken dan krijgen we dat uiteindelijk op ons eigen bord terug. In het slechtste geval speelt er eigenbelang: als wij niks doen aan Syrië, dan krijgen we de rekening gepresenteerd. Dus: ‘Ik ben niet innerlijk gemotiveerd om mijn belastinggeld daaraan te besteden, maar voor mijn kinderen doe ik het wel. Anders krijgen we straks een tsunami van Wilders-figuren.’ Dat is wellicht de perverse opvatting.
Mensen zijn bereid de ander wat te gunnen, als ze er zelf beter van worden. 'Als we allebei winst maken dan ben ik bereid een stap te zetten’. Een vorm van verkapt eigenbelang. De wereld wordt er misschien beter van, maar er is natuurlijk een verschil met iemand oprecht iets gunnen, ongeacht wat dat met jouw situatie doet. Kunnen we bijvoorbeeld onze angst overwinnen en de komst van de ander, van vluchtelingen, zonder eigenbelang benaderen? Vaak is het alleen maar een idee dat iets een negatieve invloed heeft op jouw situatie. Zijn we bereid dat idee te onderzoeken, voorbij onze angsten te komen?
Welke rol speelt empathie in dit veranderingsproces?
Ik denk dat empathie voortkomt uit een crisis. We hebben een crisis nodig om ons te behoeden voor een grotere crisis. Zoals we twee wereldoorlogen nodig hadden om te zeggen: 'Die Derde Wereldoorlog mag er niet komen.' We hebben die problemen in zekere zin nodig om grenzen te slechten. Waar men de genocide nodig had om daarna de responsibility to protect in te voeren.
Ons handelen is reactief. We zijn nog niet bewust genoeg om zelf aan te voelen wat goed is. De ergste rampen worden voorkomen door eerst bloot te zijn gesteld aan minder ergere rampen. Dus Hiroshima was het éénmalig gebruik van een kernbom. Die heeft in die zin het gewenste effect gehad; we moeten niet all out gaan, dat scenario moeten we voorkomen. Zo is een kleine ramp tegelijk een preventief scenario. Helaas is het begin van een ramp nodig om ons denken en doen te veranderen. Bewustzijn ontstaat naar mijn gevoel op de rand van de afgerond.
Waarschijnlijk komt er ooit een vreselijke breakdown van cyberaanvallen, die we moeten doorstaan. Waarbij delen van de samenleving plat komen te liggen. We zullen er weer overheen komen en dan pas zal naar een oplossing worden gezocht om het gevaar te beheersen. Klimaat, precies hetzelfde. We zullen het water laten stijgen tot aan de rand van de Afsluitdijk.
Staat het water ons nog niet aan de lippen?
Nee, nog net niet. Iedereen weet dat het gebeurt en dat het in dit tempo binnen 50 jaar ook gaat gebeuren. Maar we moeten de destructie zien, we moeten het eerst meemaken om vervolgens pas een stap te zetten.
En als je het hebt over cyberproblematiek, wat betekent het voor internationale betrekkingen dat Julian Assange alles opengegooid heeft?
(Zucht). Hij werkt niet vanuit een sterke visie of de overtuiging dat hij er de wereld veiliger mee maakt. Toch is dat wel zijn rationalisering. Hij heeft gezegd: het is nodig om de wereld veiliger te maken door geheimen te onthullen. Ik denk dat in het huidige systeem vertrouwelijkheid en niet volledige transparantie functioneel zijn. Geheime onderhandelingen enzovoorts. Wie hoopt niet dat er geheim overleg is over een oplossing voor Syrië? We horen het vaak pas achteraf, maar er zijn heel wat successen geboekt dankzij die geheimhouding. Dankzij vertrouwelijkheid. En niet door het op straat gooien van allerlei standpunten en geheimen. Ik vind het spelen met vuur wat hij doet.
Transparantie in de internationale arena, daar vindt u niets positiefs aan?
Transparantie is een waarde, dat is prachtig. Maar de huidige wereld is er niet op ingericht om volledig transparant te zijn. Zelf de macht hebben is in dat systeem het veiligst. En informatie is macht. In persoonlijke contacten hoef je ook niet altijd over alles open en transparant te zijn. Je kan de ander kwetsen, choqueren. Empathie betekent ook: gevoel voor timing en rekening houden met de gevoeligheid van de ander. Net zoals mensenrechten en democratie nooit helemaal perfect zijn, zal volledige transparantie naar mijn gevoel onbereikbaar zijn, maar iets dat je moet nastreven. Dit klinkt misschien dominee-achtig, maar in familieverbanden en relaties is er wel sprake van een volledige vertrouwensband, van een gevoel van veiligheid. Als dat in zulke kleine sociale structuren kan, waarom zou dat dan niet tussen grotere gemeenschappen kunnen ontstaan?
Olie, informatie… wat zorgt in deze tijd nog voor macht?
Dat zijn niet alleen grondstoffen, olie en landjes meer. In steeds grotere mate is dat soft power. Gelukkig zijn, en dat uitstralen. Nederland is in de internationale politiek geen grote speler, maar waarom krijgen wij hier op Clingendael Chinese diplomaten op bezoek? Niet omdat wij zo machtig zijn en hen iets kunnen opleggen, maar wel omdat de Chinezen zien dat we op de Human Development Index op nummer 3 staan. Dat gaat dus om een andere kracht. Die Chinezen denken: ‘We hoeven niet bang voor ze te zijn, maar we kunnen van ze leren.’ Dat model, hoe klein het ook is: het werkt wel. We moeten het niet van ons leger hebben, maar van onze verleidingskracht.
Als ik leider zou zijn van een grote chaotische samenleving zoals China of India, dan zou ik eens goed kijken waarom landen als IJsland, Finland, Nederland en Noorwegen altijd het best scoren, op het gebied van onderwijs, alfabetisering, geluk. Ze zouden gek zijn als ze zouden zeggen: het zijn kleine landen dus daar heb ik niks mee te maken. Daar kun je juist van leren.
Neemt de macht van geweld af?
Als een leider zijn bevolking niet kan beschermen verliest hij zijn soevereiniteit en erkenning als leider. Daarmee verschuift de verantwoordelijkheid naar de internationale gemeenschap, die in mag grijpen. Dus soevereiniteit is niet iets wat je hebt, maar wat je moet verdienen. Het is legitiem om in dat kader te besluiten een ander land binnen te vallen, de privacy van een land te schenden en daarbij geweld te gebruiken. Daar sta ik achter.
Dus in het licht van de crisis in Syrië is ingrijpen geoorloofd?
Ja, je moet de oorzaak aanpakken. De enige oplossing is dat er veiligheid komt in die gebieden. Het is een illusie om te denken dat het helpt om met bankbiljetten te strooien, of met voedselpakketten. Nee, je moet daar ook militair iets doen. Dat wordt ontkend. Van mijn part bombarderen ze de opslagplaatsen waar de barrel bombs van Assad liggen. Of de helikopters, zorg dat die niet kunnen opstijgen. Daar doe je een heleboel goeds mee. Dat is ook militair ingrijpen.
Als u persoonlijk in een conflictsituatie zit, wat is dan uw strategie?
Makkelijker gezegd dan gedaan, maar ik geloof heilig in het niet aangaan van de confrontatie. Om te kijken naar de motieven. Wat wil de ander? Waarom hebben wij een conflict? Kunnen we het uitspreken? Zo ben ik gesocialiseerd - ook als democraat - zo lang mogelijk niet vechten. Kijken of we er zonder geweld uit komen. Zelfs zonder verbaal geweld.
Is er nu een leider die deze aanpak heeft in internationale arena?
Op dit moment denk ik dat Merkel in die categorie valt. Iemand die doordrenkt is van het idee dat Europa zich bepaalde dingen niet kan permitteren en altijd de andere kant meeneemt in haar besluitvorming, vanuit een innerlijke overtuiging, niet alleen vanuit strategie.
Een land als Noorwegen vind ik ook een mooi voorbeeld. Zij hebben bewust in hun buitenlandsbeleid gekozen voor het idee: wij zijn een vriendelijk en vredelievend land. We stellen ons kwetsbaar en behulpzaam op in de internationale politiek. Ze zijn daarin ontzettend geslaagd. Een heleboel conflicten die nooit breaking news op CNN zijn hebben ze weten op te lossen. Zij geven aan: Je hoeft ons niet te verdenken van valse motieven of eigenbelang, want die hebben wij niet. Daar zijn we een veel te klein en onbelangrijk land voor. De Noren zijn dus eigenlijk alleen maar aardig. En dat werkt. Maar het is niet voor ieder land weggelegd. Als Rusland morgen ineens kwetsbaar gaat doen, zou iedereen wantrouwig worden: wat voeren ze nu weer in hun schild?
Denkt u dat we naar een wereld toe bewegen die steeds meer als een eenheid denkt en doet?
Ik ben geen vluchtelingenexpert, maar de huidige ontwikkelingen zijn historisch gezien niets bijzonders. Eens in de 100 jaar heb je een massale volksverhuizing, dat is al een paar duizend jaar zo. De voorwaarden om je te verplaatsen zijn wel spectaculair veranderd. Dertig jaar geleden werden in Syrië door de vader van Assad vier miljoen mensen weggebombardeerd. Een verschrikkelijke genocide. Maar mensen hadden niet de optie om een boot of vliegtuig te pakken naar Europa. Die optie is er nu wel. Dus zal de neiging om een gebied te ontvluchten en je ergens anders te vestigen alleen maar toenemen. Er vindt nieuwe vermenging plaats. Er zullen andere landen ontstaan, met een minder homogene bevolking. Dat zal niet geruisloos gaan. Nee, daarin gaan we perioden meemaken waarin er verzet is en oorlog, misschien ook hier. Maar op de lange duur zal het onvermijdelijke inzinken: we leven met z’n allen op deze planeet en hebben dus ook voortdurend met elkaar te maken. We kunnen niets of niemand uitsluiten. We kunnen niets terugdraaien. We zullen ons moeten aanpassen, liefst vanuit innerlijke motivatie, en anders toch echt gedwongen, omdat het niet anders kan.